Vrieze gaf aan dat er veel is dat we nog niet weten over de interactie tussen neurologische ontwikkelingen en identiteits- of persoonlijkheidsontwikkelingen. Toch zijn er wel een aantal dingen die we weten over hoe hersenen werken.
– Hersenen zijn een ASSOCIATIEF orgaan: huidige patronen worden gematched aan vroegere patronen
– Hersenen zijn een ANTICIPEREND orgaan: huidige patronen worden gelinkt aan verwachtingen in de toekomst, die gebaseerd zijn op vroegere ervaringen
– Hersenen zijn ook een SOCIAAL orgaan: De structuur en functie van het brein is gemaakt om te interageren met andere hersenen. Denk daarbij aan spiegelneuronen die de capaciteit van empathie (inlevingsvermogen) en zelf-inzicht ondersteunen
Kaye en collega's (2009) spreken over een neurobiologisch model waar 3 biologische kernprocessen belangrijk zijn bij eetstoornissen:
- Traits (trekken): genetische aanleg, die aanleiding is voor een vroege kwetsbaarheid
- De puberteit als kwetsbare periode, door hersenontwikkelingen, hormonen, stressvolle gebeurtenissen en culturele factoren (vb. geen duidelijke maturiteitsrituelen meer in onze samenleving)
- Een biologische vicieuze cirkel van diëten, gewichtsverlies, veranderingen in de hersenen die op zich weer aanleiding geven tot elementen als rigiditeit, angst, depressie, obsessie en ontkenning van de ernst van de problemen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten