Gedragstherapie voor het hele gezin effectief tegen obesitas
bij kinderen en tieners
Programma’s voor gezinnen die niet alleen
verandering van voedings- en bewegingspatronen beogen, maar waarin ook
gedragstherapie wordt aangeboden kunnen kinderen met overgewicht helpen
afvallen en ervoor zorgen dat ze hun gewicht tenminste een half jaar op peil
houden. Bij tieners zijn deze effecten tenminste een jaar merkbaar.
Programma's voor gezinnen die niet alleen
verandering van voedings- en bewegingspatronen beogen, maar waarin ook
gedragstherapie wordt aangeboden kunnen kinderen met overgewicht helpen
afvallen en ervoor zorgen dat ze hun gewicht tenminste een half jaar op peil
houden. Bij tieners zijn deze effecten tenminste een jaar merkbaar. Door
gedragsprogramma’s voor tieners te combineren met twee gewichtsregulerende medicijnen,
kan nog een extra gewichtsverbetering ontstaan. Dit blijkt uit een
internationaal overzicht van alle onderzoeken op dit gebied, dat onderzoekers
Hiltje Oude Luttikhuis en Ronald Stolk van het UMCG hebben gemaakt; zij
publiceren hierover deze week in de Cochrane Database of Systematic Reviews.
Deze bevindingen wijzen op een verandering in
inzicht. In hun overzicht hebben Oude Luttikhuis en Stolk liefst 64 trials met
in totaal 5230 deelnemers bestudeerd. Hierbij is een aantal duidelijke en
nieuwe effecten naar voren gekomen.“Het is nu duidelijk dat interventies op
gezinsniveau, met daarin een gedragsprogramma dat gericht is op verandering van
eet- en beweeggewoontes, resulteren in een significante en klinisch relevante
vermindering van het overgewicht van zowel kinderen als tieners in vergelijking
met standaardvormen van zorg of zelfhulp”, aldus hoofdonderzoeker Hiltje Oude
Luttikhuis, die werkzaam is in het Beatrix Kinderziekenhuis en de afdeling
Epidemiologie van het Universitair Medisch Centrum Groningen.
De wereldwijde obesitas-epidemie onder jonge
mensen grijpt steeds sneller om zich heen. De International Obesity Taskforce
schat dat wereldwijd 10% van de kinderen tussen 5 en 17 jaar overgewicht heeft.
Bij 2-3% is sprake van obesitas. In Noord- en Zuid-Amerika kampt op dit moment
30% van de kinderen met overgewicht en in Europa 20%. In ontwikkelde landen
lopen vooral kinderen in sociaaleconomische achterstandssituaties een groter
risico, terwijl het in ontwikkelingslanden juist om kinderen met een hogere
sociaaleconomische status gaat. Dit toont het belang aan van effectieve
behandelstrategieën voor kinderen en jongeren die te maken hebben met
overgewichtsproblemen.
Uit verder onderzoek moet blijken welke
interventies of aspecten van interventies het best passen bij welke groepen
kinderen. Dit is onder andere afhankelijk van leeftijd, geslacht,
sociaaleconomische achtergrond, geloof en etnische afkomst. Ook de invloed van
het zelfbeeld van kinderen en volwassenen op het succes van de interventie moet
verder worden onderzocht. Hetzelfde geldt voor de kenmerken van individuele
gezinnen of patiënten die mogelijk kunnen leiden tot betere resultaten. Ondanks
dat de ultieme behandeling voor een kind met overgewicht er nog niet is, geeft
dit overzicht een belangrijke bijdrage aan het bewijs dat interventie bij
overgewicht in de kinderleeftijd een positief effect heeft
Bron:
Medinews.be, 23/01/2009
Geen opmerkingen:
Een reactie posten