Vijftien jaar lang dwangmatig afvallen voor elke
wedstrijd ontaardde bij Vandecaveye in vraatzucht of boulimie. In haar
biografie 'Gella en Eddy, een halsbrekend duo', dat ze vandaag voorstelt, komt
ze daar voor uit.
'Je overeet je, tot je beseft: over een paar uur
moet ik op de mat staan. Wat doe je dan? Snel naar het toilet, en het goud
meegraaien.'
'De rode draad in mijn carrière is zonder twijfel
de strijd tegen de weegschaal. De eerste problemen ontstonden toen ik een jaar
dubbel draaide: bij de junioren zat ik in -56 kilogram, bij de senioren in -61
kilogram. Voor het ene toernooi moest ik aftrainen, voor het andere moesten er
kilo's bij. Dat is vragen om miserie.'
'Had ik toen geweten wat ik nu weet, dan had ik
nooit afgetraind. Eerst streng diëten en dan compenseren. Na elke wedstrijd wil
je je schade inhalen. Je gaat uitgebreid eten en je eet te veel. Ik kom
bovendien uit een familie van bourgondiërs, wij genieten van lekker tafelen, en
ik liet me dan wel eens gaan. Dom, want later moesten er nog meer kilo's af.'
'Zo moeten afvallen, dat vreet echt aan je, het is
vooral mentaal slopend. Afvallen was voor mij veel zwaarder dan trainen. Je
wordt ook prikkelbaar, je omgeving moet het ontgelden. Een aangenaam mens zal
ik toen niet geweest zijn.'
'Ik heb vaak honger geleden, ik heb mijn maag
voelen krimpen. Soms had ik zo'n dorst dat zelfs spreken moeilijk werd, zo
droog was mijn mond. Ik sloeg ook wel eens wartaal uit, een taxi pakken werd
dan een paxi takken, dat soort dingen. Kauwgom eten of sabbelen op een
ijsblokje bracht wat soelaas. Natuurlijk is het absoluut niet gezond om je zo
uit te hongeren en uit te drogen. Je bloeddruk zakt, je voelt je misselijk,
futloos. En toch moet je nog presteren. Ik vraag me af hoe ik dat al die jaren
heb volgehouden.'
'Bij veel judoka's ontaardt zoiets natuurlijk, net
als bij atleten uit andere sporten. Ook bij mij is het uit de hand gelopen: ik
heb jaren periodieke boulimie gehad. Het is nog altijd moeilijk om daarover te
praten, want ik ben er niet trots op, en het blijft je achtervolgen. Je wordt
een meester in het verstoppen. Mijn ouders en trainer Eddy Vinckier hebben heel
lang niet geweten dat het zo'n groot probleem was. Tot ik de moed had om het op
te biechten, eerst aan Eddy. Uiteindelijk heb ik hulp gezocht, eerst bij een
diëtiste, dan bij een psychologe.'
'In de judowereld had niemand het door. Ik heb er
zelf nooit iets over gezegd, want dan moet je iemand in vertrouwen nemen, en
stel je je kwetsbaar op. Ik had zoveel karakter en discipline om te trainen, om
te studeren... Ik stond zo vast in mijn schoenen, en net dat lukte niet. Ik was
een controlefreak, maar karakter en discipline zijn niet oneindig. Ik snap nog
altijd niet dat ik nog zo goed heb gepresteerd.'
'Eddy wist dat toen niet, maar ik heb zelfs enkele
keren 's morgens voor een belangrijke wedstrijd boven de wc-pot gehangen. Na de
officiële weging kon je nog ontbijten, je probeert wat op krachten te komen na
al dat diëten, maar er zijn momenten geweest dat ik gewoon niet kon stoppen. Je
overeet je, je voelt geen rem, tot je plots beseft: Help, over een paar uur
moet ik wel op de mat staan. Wat doe je dan? Snel naar het toilet (om over te
geven, red.), en daarna het goud meegraaien.'
'Op de luchthaven van Rijsel, in 1997, ben ik
gekraakt. Ik kon gewoon niet meer. We gingen op stage naar Barcelona. Ik had
nauwelijks geslapen, na alweer een nachtelijke vreetpartij. Eddy had ons naar
de luchthaven gebracht, ik nam hem snel even apart en zei: Ik heb hulp nodig,
zo kan het echt niet verder. Desnoods moet ik een tijdje opgenomen worden.'
'Ik was ten einde raad, het was zo alles
overheersend. Ik zag maar één uitweg: naar een hogere categorie gaan, de -66
kilogram. In 1998 hebben ze de categorieën aangepast, omdat een mens één
centimeter per tien jaar groeit. Dat was voor mij een geschenk uit de hemel:
-61 kilogram werd -63 kilogram. Twee kilo minder afvallen, net die kilo's die
altijd het zwaarst waren.'
'Alfred, zo noemde ik mijn boulimie. Eddy vroeg
dan: Hoe gaat het met Alfred? Ging het goed met Alfred, dan ging het goed met
mij.'
'Tien jaar heeft het mijn carrière gedomineerd. Na
mijn laatste wedstrijd heb ik de weegschaal uit mijn leven gebannen. Af en toe
denk ik nog wel eens aan Alfred, hij zal nooit helemaal verdwijnen. Ik wil me
er niet bij neerleggen, want dat is opgeven, maar ik heb hem wel aanvaard.
Diëten heb ik uit mijn woordenboek geschrapt. Nooit meer! Genieten des te
meer.'
'Als ik nu ergens zin in heb, eet ik het. Dat ik
dit beken, bewijst dat het genezingsproces rond is. Het gaat goed nu, mijn
leven is evenwichtiger geworden. Ik ben minder streng en veeleisend voor
mezelf. Ik blijf wel alert: een sluipschutter zie je niet, hij ziet jou.'
Lezersservice: 'Gella en Eddy, een halsbrekend
duo', Roularta Books i.s.m. Golazo Sports, 192 pagina's, 19,90 euro.
Beschikbaar in de mediatheek van het Inloophuis
Beschikbaar in de mediatheek van het Inloophuis
Bron: De Standaard, 22 april 2009
Geen opmerkingen:
Een reactie posten